Roelof Vos en Ron Jeronimus bespreken in dit artikel de fiscale neutraliteit in de btw. Een onderwerp dat voortdurend in de schijnwerpers staat, zowel bij de nationale belastingrechters maar ook, op Europees niveau, bij het Hof van Justitie EU.
Lees hier alvast een voorproefje:
Fiscale neutraliteit: gelijke behandeling en neutrale btw-behandeling
Als lidstaten uitvoering geven aan de Btw-richtlijn dient een lidstaat rekening te houden met het in het btw recht neergelegde neutraliteitsbeginsel. Het neutraliteitsbeginsel is namelijk een fundamenteel beginsel van de btw, dat voort vloeit uit het feit dat deze belasting een verbruiksbelasting is.
In algemene zin kan het neutraliteitsbeginsel in twee beginselen worden opgesplitst. Ten eerste staat het neutraliteitsbeginsel eraan in de weg dat marktdeelnemers die dezelfde handelingen verrichten, in het kader van de btw-heffing verschillend worden behandeld. Ten tweede verzet het neutraliteitsbeginsel zich tegen de omstandigheid dat btw ondernemers, als belastingontvanger voor rekening van de Staat, niet worden bevrijd van de uiteindelijke btw last (voorzover de ondernemingsactiviteiten zelf belastbaar zijn).