In een uitspraak van 11 mei 2022 stelde de rechtbank Zeeland-West Brabant dat zij het ‘interne compensatie’-verweer van de inspecteur niet verenigbaar achtte met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, waaronder het fair play- en het vertrouwensbeginsel. Er was immers geen goede reden aangevoerd om terug te komen op de eerder toegepaste praktische werkwijze van de inspecteur. De uitspraak betreft meerdere beroepsprocedures met vele, vooral formeelrechtelijke, gronden.
No-cure-no-pay-bureaus die in WOZ- en BPM-zaken procederen voor de proceskostenvergoeding zijn de rechtspraak al jaren een doorn in het oog. Deze bureaus voeren een batterij aan formeelrechtelijke grieven aan, in de hoop voor zo veel mogelijk gegronde beroepen (forfaitaire of werkelijke) beroepsmatige proceskostenvergoedingen te ontvangen.
Lees verder: NTFR 2022-2498 ‘Beroep op interne compensatie bij rentevergoeding teruggaaf BPM faalt’