De heftingsambtenaar heeft een WOZ-beschikking afgegeven op naam van ‘de erven’. Een van de erven (belanghebbende) maakt namens de erven bezwaar. De heffingsambtenaar vraagt om een machtiging namens alle erfgenamen en om een verklaring van erfrecht. Omdat de gewaagde stukken uitblijven, verklaart de heffingsambtenaar het bezwaar niet-ontvankelijk. Belanghebbende heeft vervolgens op eigen naam beroep ingesteld. Volgens het hof dient dat beroep niet-ontvankelijk te worden verklaard. Aangezien belanghebbende niet als individuele erfgenaam bezwaar heeft gemaakt, kan zij als individuele erfgenaam geen beroep instellen tegen een uitspraak op bezwaar die is gewezen in een bezwaarfase die namens de gezamenlijke erfgenamen wordt gevoerd.