Spring naar content

Uitholling van het eigendomsrecht door ficties excessief lenen, WFR 2024/263

In dit artikel gaan Angelique Perdaems en Milou Hintzen in op vraag op of de Wet excessief lenen in strijd is met het eigendomsrecht. Zij menen dat de wet niet voldoet aan het lawfulvereiste en de fair balance toets niet doorstaat. Ook zien zij een schending van het discriminatieverbod. Deze schendingen worden met name veroorzaakt doordat de fictie de werkelijkheid niet benadert, niet aansluit bij het draagkrachtbeginsel en doordat een tegenbewijsregeling en overgangsrecht ontbreekt. Zij adviseren dan ook om bezwaar te maken tegen aanslagen op basis van deze wetgeving.

Hier leest u alvast een voorproefje uit het artikel:

Is fictieve belastingheffing in strijd met het eigendomsrecht? Die vraag speelt regelmatig in de fiscaliteit. De box 3-arresten en bijbehorende discussies zijn niemand ontgaan. De wetgever maakt veelvuldig gebruik van juridische ficties om belastingheffing te vereenvoudigen. Deze ficties lijken op gespannen voet te staan met fundamentele rechten, zoals het eigendomsrecht. Nu hebben we mogelijk de volgende ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht te pakken: de Wet excessief lenen bij eigen vennootschap (hierna: Wet excessief lenen).

De Wet excessief lenen is ingevoerd per 1 januari 2023, met als eerste toetsmoment 31 december 2023. Op die datum worden schuldverhoudingen van aandeelhouders met hun bv’s voor zover deze meer dan de drempel bedragen, belast als inkomen uit aanmerkelijk belang. Dit is een fictieve heffing die niet aansluit bij het draagkrachtbeginsel. Problematisch is dat een tegenbewijsregeling ontbreekt en niet in overgangsrecht is voorzien.

In dit artikel lichten wij toe waarom de Wet excessief lenen volgens ons in strijd is met het eigendomsrecht van art. 1 Europees Protocol bij het EVRM (hierna: art. 1 EP EVRM). Dit zullen we doen door eerst de inhoud en totstandkoming van de wet te schetsen (par. 2.1-2.3) en deze vervolgens te toetsen aan het toetsingsschema horend bij art. 1 EP EVRM (par. 4.2). Daarbij lichten we ook toe dat de fictieve heffing in strijd is met het discriminatieverbod. We sluiten af met enkele aanbevelingen over hoe om te gaan met een aanslag die is opgelegd op basis van de Wet excessief lenen (par. 5).

Bent u benieuwd naar het volledige artikel? Klik dan hier: WFR 2024 263 – Uitholling van het eigendomsrecht door ficties excessief lenen.

Gepubliceerd door onze specialist:

Mr. A.J.C. (Angelique) Perdaems

Mr. M.N.H. (Milou) Hintzen