In deze rubriek besteden wij aandacht aan de start van het Europees Openbaar Ministerie (EOM) dat onder meer grensoverschrijdende btw-fraude zal gaan vervolgen. Daarnaast bespreken wij een selectie van uitspraken van de Hoge Raad en feitenrechters. Belangrijke discussiepunten blijken wederom witwassen, ontneming en fiscaliteit, strafvervolging op grond van artikel 69a AWR, de beleidsregels omtrent vervolging van fiscale fraude en de afspraken omtrent de afdoeningsovereenkomst tussen Openbaar Ministerie (OM) en de verdachte. Tot slot een arrest van de Belastingkamer van de Hoge Raad waarin een overweging ten overvloede wordt gegeven omtrent de suppletieplicht en het nemo-teneturbeginsel.
Lees hier alvast een voorproefje:
Deze wet geeft uitvoering aan EU-Verordening 2017/1939 over de instelling van het Europees Openbaar Ministerie (EOM) in de Nederlandse regelgeving. Het EOM is bevoegd om strafbare feiten die de financiële belangen van de Europese Unie schaden te onderzoeken, te vervolgen en voor de nationale rechter te brengen. Het gaat hierbij om fraude met EU-subsidies, corruptie, witwassen van geld en grensoverschrijdende btw-fraude.
Doelstelling is een halt toe te roepen aan de miljarden aan btw-inkomsten die de EU-landen mislopen als gevolg van grensoverschrijdende fraude en de honderden miljoenen die verdampen, omdat misbruik wordt gemaakt van de EU‑structuurfondsen. Het EOM is een orgaan van de Europese Unie en deelt zijn bevoegdheid met de lidstaten. Dat wil zeggen dat indien zich een zaak voordoet binnen het bevoegdheidsterrein van het EOM, zowel het EOM als de nationale vervolgingsinstanties (in geval van Nederland: het Openbaar Ministerie) bevoegd zijn die zaak te onderzoeken en vervolging in te stellen.
Het EOM heeft hierbij echter wel een voorrangsrecht, doordat het kan besluiten een EU-fraudezaak die binnen de gedeelde bevoegdheid valt aan zich te trekken teneinde die zaak te onderzoeken en te vervolgen. Uitgangspunt is dat het EOM samenwerkt met de nationale autoriteiten en gebruik maakt van de nationale structuren en wettelijke bevoegdheden. Instellingen en organen van de EU en de bevoegde autoriteiten van de 22 lidstaten die zich bij het EOM hebben aangesloten, moeten criminele gedragingen die de EU‑begroting schaden, aan het EOM melden. Ook privépersonen kunnen vermeende gevallen van fraude en andere misdrijven melden.