Tot nu toe hadden Belastingdiensten nauwelijks grip op ontduiking via cryptocurrency’s. Dat digitaal Wilde Westen gaat de komende jaren veranderen. De invoering van DAC8 per eind 2025 betekent dat aanbieders van cryptoactivadiensten verplicht zijn om jaarlijks relevante informatie te verstrekken. En ontstaat er een Europese uitwisseling van informatie over cryptobezit. Wat betekent dit? En is het een optie om aangiften nu al vrijwillig te verbeteren?
Reinder de Jong schreef hier een artikel over in Het Register. Lees hier alvast een voorproefje uit het artikel:
Weinig fiscale rechtsgebieden hebben zich in korte tijd zo stormachtig ontwikkeld als die met betrekking tot cryptobezit. In 2009 schreef Satoshi Nakamoto zijn ‘whitepaper’ genaamd “Bitcoin: A Peer-to-Peer Electronic Cash System”.[1] In die beginjaren was er in de fiscale literatuur, wetenschap en rechtspraak weinig aandacht voor dit abstracte fenomeen. De adoptie was beperkt tot een selecte groep hobbyisten, aangezien er enige technische kennis benodigd was om bijvoorbeeld wallet software te installeren en gebruiken.
De eerste inmiddels beruchte ‘real-world’ toepassing vond plaats op 22 mei 2010, toen twee pizza’s werden gekocht voor 10.000 bitcoin, thans meer dan 500 miljoen euro.[2] Ook de wereld van professionele handel- en wisselplatformen stond nog in de kinderschoenen. Qua regulering en overheidstoezicht was het een digitaal Wilde Westen, wat tot uitwassen heeft geleid zoals het debacle rondom het handelsplatform MtGox, dat in 2014 ter ziele ging. Ter vergelijking: op haar hoogtepunt beheerde MtGox circa 70% van alle wereldwijde bitcointransacties.
Sinds de extreme waardestijging van cryptovaluta in de jaren na 2015 staan crypto volop in de belangstelling van overheden, belastingdiensten en professionele marktpartijen. Crypto is anno 2024 gemeengoed geworden, mede dankzij talloze gebruiksvriendelijke smartphone apps en websites die de aan- en verkoop en het bewaren van crypto kinderspel maken. De OESO, Europa en nationale overheden hebben beleid, richtlijnen en regelgeving ontwikkeld.
De Belastingdienst heeft kennisgroepstandpunten gepubliceerd en NOB en RB belastingadvieskantoren maken in hun opleiding sinds een aantal jaar ook serieus werk van crypto. Nederlandse cryptodienstverleners zullen in de nabije toekomst dankzij de MiCa-verordening onder AFM en DNB toezicht gaan vallen. De strafrechtspraak liep aanvankelijk voor wat betreft jurisprudentie nog voorop, mogelijk vanwege de vele ‘early adopters’ in het witwas- en oplichtingscircuit die al sinds beginjaren gebruik maakten van de mobiliteit, het ongereguleerde speelveld en de (vermeende) anonimiteit van cryptovaluta.[3] De laatste jaren zien wij ook in de belastingrechtspraak steeds meer jurisprudentie over crypto gerelateerde onderwerpen, zoals box-arbitrage bij trading bots, de btw-behandeling van mining, staking en de kwalificatie van Non-Fungible Tokens.
Niettemin blijven er tal van grijze gebieden bestaan die nog niet uitgekristalliseerd zijn in de jurisprudentie. Een voorbeeld zijn zogenaamde ERC tokens op de Ethereum blockchain, die het voor eenieder mogelijk hebben gemaakt om binnen een kwartiertje een eigen cryptomunt (token) te creëren. Het gevolg was een vloedgolf aan waardeloze coins en pump- en dump oplichtingspraktijken. Ondertussen ontstond er in 2021 dankzij deze ERC tokens ook een compleet nieuwe markt die de kunstwereld op zijn kop zette.
De digitale cryptokunst, met de bekende Non-Fungible Tokens (NFTs). Deze unieke, overdraagbare op een blockchain vastgelegde digitale plaatjes vertegenwoordigden op hun hoogtepunt een markt van 20 miljard euro. Daarnaast zijn er dankzij deze tokens innovatieve smart contract technieken ontwikkeld zoals Decentralized Autonomous Organizations (DAOs), die traditionele beslis/organisatiestructuren en vennootschapsrechtelijke rechtsvormen overbodig maken.[4] Deze fiscaal ongrijpbare DAOs koppelen stemrecht voor beslissingen en wijzigingen aan de inzet van eigen veelal anonieme tokens, en zullen in de toekomst nog voor de nodige fiscale woon- en vestigingsplaatsdiscussies gaan zorgen.
Op 19 augustus 2024 kopte het Financieel Dagblad met de titel “Belastingdiensten krijgen nauwelijks grip op ontduiking via cryptos”[5] Daar komt de komende jaren verandering in. Een actuele ontwikkeling die een brede groep belastingplichtigen zal treffen is de aanstaande Europese uitwisseling van informatie over bezit van cryptovaluta tussen Belastingdiensten. In deze bijdrage beschouw ik de implementatie en de optie om aangiften nu al vrijwillig te verbeteren.
Wilt u het volledige artikel lezen? Klik dan hier: Anticiperen op de aanstaande uitwisseling van informatie over cryptobezit